Ik ben nu bijna driekwart eeuw min of meer hier
aanwezig. Met stijgende verbazing zie ik dat de wereld om mij heen steeds
sneller verandert.
Alleen al in het onderwijs zijn de
veranderingen niet van de lucht.
Of je er blij mee moet zijn is een vraag want
waar blijft de echte oplossing?
Als ik denk aan mijn lagere schooltijd, dat is
nu ruim 65 jaar geleden, ga ik langzamerhand die jaren toch in een ander
perspectief plaatsen.
Ons gezin ging naar “De School met den
Bijbel". Het was geen grote school. Er zaten ongeveer 130 tot 150
leerlingen op.
Soms werden er twee leerjaren bij elkaar
gevoegd in één lokaal omdat er te weinig kinderen waren voor dat jaar.
Voor sommige kinderen was het spannend want zo
kon je ook al iets opvangen van het volgende jaar.
Voor mij was dat een brug te ver. Ik had genoeg
aan het gegeven van nu. Ik heb de hele
schooltijd slecht opgelet. Verveelde mij mateloos.
Die eindeloze leeslessen waarin je om de beurt
hardop moest voorlezen. Het boekje had je van verveling al een paar keer
stiekem uitgelezen.
Eén wand van het lokaal had hoge ramen. Als ik
mijn hoofd iets naar achteren deed en
naar links keek kon ik de wolkenlucht zien.
Ik zag dat de lucht er iedere dag anders
uitzag. Als de wolken snel voortbewogen keek ik ze verlangend na zover ik
kon.
Het zal niet de bedoeling zijn geweest maar die
ramen hadden voor mij een nuttige,
prettige functie. Gelukkig zat ik op de
achterste bank, dat voelde heel vrij.
Ook de platen met bijbelse taferelen hadden
mijn volle aandacht. En niet te vergeten de taferelen uit de Vaderlandse
Geschiedenis.
Op vrijdagmiddag was ik meestal helemaal
aanwezig
Dat waren mijn feestmiddagen. Ook al duurde het
feest helemaal één uur.
Als je dan door de lange gang liep hoorde je
canons zingen. Gedichten voordragen. Of er werd een boek voorgelezen. In alle lokalen was het laatste uur van de
vrijdag een feestuur. En dat was te horen! Het leek een andere school.
Tekenen stond helaas ook op het program. Minder
leuk voor mij. Beter gezegd, een regelrechte ramp.
Ik kreeg geen lijn op papier, alsof mijn handen
werden vastgehouden.
Zo werd het mij toen al duidelijk dat ieder
voordeel een nadeel heeft.
En ook dat jaloezie bestaat.
De meeste herinneringen heb ik aan de vijfde en zesde klas.
In klas vijf stond een meester voor de klas die
bezeten was van muziek.
Hij leerde ons de toonladder zingen. Met zijn
rechterhand gaf hij met handgebaren de noten van de toonladder aan. Iedere noot
had een eigen gebaar.
Wij zongen die toonladder op allerlei manieren.
Van beneden naar boven en terug. Of met grote verspringingen.
Het werd ons met heel veel enthousiasme
aangeboden. Ik vraag mij wel eens af of de andere kinderen er ook zo van
genoten. Of zij er ook nooit genoeg van konden krijgen!
En dan het zingen van de canons: Vader Jacob.
Brand in Mokum. De uil zat in de olmen. Hoe geweldig klonk dat!
Het was echt een begenadigd onderwijzer, die
meester uit de vijfde klas.
Hij kon ook nog prachtig vertellen. De
overbekende bijbelverhalen gingen leven.
Maar ook de mannen uit de Vaderlandse
Geschiedenis stonden op.
De dood van Willem de Zwijger hing met een grote plaat op de muur. Daar lag hij, halverwege de trap. Dood!
De dood van Willem de Zwijger hing met een grote plaat op de muur. Daar lag hij, halverwege de trap. Dood!
Hij vertelde over mannen die belangrijke,
grootse dingen deden voor ons land.
Daardoor werden ze heel belangrijk voor ons.
Na een paar weken had je al die platen in dit
lokaal ook wel weer gezien en lag er nog een heel jaar voor je.
Het zesde leerjaar is mij het meest
bijgebleven.
De hoofdonderwijzer was zijn roeping misgelopen.
Als hij gedichten declameerde werd het een
ander mens!
Met de vereiste intonatie in zijn stem, en zo
nodig breed gebarend, ijsbeerde hij door het lokaal.
Nog altijd klinken die gedichten van toen in
mijn oren. Verrijzen de beelden die werden opgeroepen.
Als hij vol overgave voordroeg: “Zij kwamen na
jaren uit Brabant weerom, met vliegend vaandel en slaande trom”, zag ik het
leger over de dijk marcheren.
De oorlogsbeelden zaten tenslotte nog vers in
mijn herinnering. Evenwel, het was nu wel ons leger dat oprukte.
Ik zag het duin voor mij, waar het leger stopte
bij de grafheuvel van de gesneuvelde kameraden. Hoe zij het saluut maakten en
als laatste eerbetoon het Wilhelmus zongen.
Ik zag “Boerke Naas” met stapkens licht en
met de beurze zwaar, naar huis snellen.
En dan als klapper nog het zanguurtje.
De meester was klein van stuk, maar hoe dapper
hanteerde hij zijn viool.
Daar stond hij en bespeelde, alsof zijn leven
ervan afhing, het instrument waarop zijn kin rustte.
En wij zongen uit volle borst alle liedjes die
wij bij hem en vorige leerkrachten hadden geleerd.
Die oude liedjes die je nu in zorgcentra nog kunt horen zingen.
Die oude liedjes die je nu in zorgcentra nog kunt horen zingen.
Wij zongen ons dan los. Nu mochten wij er zijn
en ons laten horen!
Hoe belangrijk die jaren voor mijn leven waren
dringt steeds meer tot mij door.
Natuurlijk, er valt van alles aan af te dingen
zoals het vroeger was.
Onze ouders moesten ploeteren om rond te komen.
Hadden meestal veel minder kennis om door te geven. Daardoor had de school ook
zo'n grote taak.
Die eenvoudige onderwijzers van toen hebben
waarschijnlijk nooit bevroed hoeveel zij hebben doorgegeven aan vorming. En
daarmede aan levensgeluk.
Zij maakten tijd vrij voor andere dingen dan
alleen kennisoverdracht.
Het onderwijs is al vele keren vernieuwd. Het ei van Columbus is al vele malen
gevonden.
En het eind van al die vernieuwingen en aanpassingen is waarschijnlijk nog niet in zicht.
En het eind van al die vernieuwingen en aanpassingen is waarschijnlijk nog niet in zicht.
In deze tijd draait het op scholen vooral om
hoe men scoort met de Cito-toetsen.
Naar mijn gevoel gaat het over de hoofden van de kinderen heen, vooral ook over dat van
de school.
Het is toch te gek voor woorden dat kinderen
van 10 jaar onder druk staan?
Alsof die toetsen het geluk van hun leven gaat bepalen? En nog gekker: er wordt nu zelfs al op de kleuterschool begonnen.
Alsof die toetsen het geluk van hun leven gaat bepalen? En nog gekker: er wordt nu zelfs al op de kleuterschool begonnen.
De laatste tijd lijken er wat barsten te
ontstaan in de zekerheid of al die toetsen
wel nuttig zijn.
Hopelijk
komen er andere tijden! Wie weet komt toch nog het ei van Columbus
tevoorschijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten